Over boosheid, loskomen en ruimte nemen…

Vorige week vrijdag zat ik op mijn fiets, had net een pittige kickboks-les achter de rug en trachtte op het fietspad een groepje mensen te ontwijken. Helaas stapte er ineens iemand uit dat groepje c.q. uit hun auto op de plek waar naar ik aan het uitwijken was. In een reflex gooide ik mijn stuur naar links waardoor ik met fiets en al tegen een rand van het fietspad aanreed en met een smak tegen de grond viel. Gelukkig fietste ik langzaam en was er geen achteropkomend verkeer. Met een enorm dikke bult naast mijn oog en de nodige schaafwonden kon ik weer op de fiets richting huis. Ik had het gevoel dat ik er genadig  goed van was afgekomen en ben die middag monter aan het werk gegaan. Tegen de avond merkte ik echter dat mijn linkerarm begon op te zwellen, mijn vingers te tintelen en ik mijn elleboog niet meer kon strekken. Een röntgenfoto in het ziekenhuis gaf uitsluitsel. Een breuk! “Gelukkig een mooie en op een goede plek … dus kan dit met rust genezen” aldus de behandelend arts.

 
 
 

So far so good … Hoewel, wat maakt dat ik onderuit gegaan ben (ik fiets heel veel en op echt veel gevaarlijker plekken!), anderen heb willen ontwijken (tja …) en ik niet heb doorgehad dat er iets gebroken was …

 
 
 

Eenieder die met mij heeft gewerkt, die ik begeleid in transformatieprocessen en of mij op een andere manier kent, weet dat ik altijd opkomende vraagstukken holistisch wil benaderen. Altijd nieuwsgierig wil weten wat maakt dat een bepaalde gebeurtenis juist op dát moment plaatsvindt en hoe je dit dan betekenisvol kunt inzetten bij herstel.

 

Als ik mensen begeleid in de verschillende stadia van transformatie zien we regelmatig dat er zich van alles onverklaarbaar voordoet. Juist dat-wat normaal gesproken niet-het geval zou zijn. Zo heb ik ooit een organisatietraject begeleid waar twee (van de 15) medewerkers onvoldoende ruimte namen om de nodige persoonlijke transformatie te doorvoelen. Of anders geschreven, zich bewust te worden van het feit dat ook hun werkzaamheden op een andere manier zouden gaan plaatsvinden. Ze gingen steeds harder werken en renden letterlijk van het ene overleg naar de andere vergadering. Beide braken (kort na elkaar) onderdelen van het been; de een haar enkel en de ander de knie. Waardoor zij gedwongen werden rust te nemen en de ruimte te voelen om hun eigen rolverantwoordelijkheid op een andere wijze te kunnen gaan benaderen.

 

En omdat rouw wat mij betreft ook een persoonlijke transformatie betreft, heb ik de afgelopen dagen gebruikt om nieuwsgierig zelfonderzoek te doen. Daarbij heb ik onder andere het boek De Sleutel van Zelf-Bevrijding van Christiane Beerlandt gepakt. Christiane vertaalt in dit boek de betekenis van lichamelijke klachten bij de mens naar de psyche-en-emoties van de persoon. En wat denk je, mijn klachten staan allemaal in het teken van innerlijke boosheid en opstand.  Interessant! Jazeker interessant. Temeer omdat ik na het overlijden van mijn broer de continue behoefte voelde om heel hard te schreeuwen en na het overlijden van Menno echt een heel kort lontje had. Ik heb daar een aantal sessies aan gewijd met een therapeut en samen mijn boosheid onderzocht. Dit heb ik weten terug te brengen naar verdriet. Ik was intens verdrietig na het overlijden van Henk en door het ziek-zijn en sterven van Menno dat zo kort daarop volgde, nam ik onvoldoende rust en rouwruimte voor het rouwen om mijn broer. Daarna overleed mijn moeder binnen een jaar en werd bij een dierbaar persoon in mijn directe omgeving uitgezaaide borstkanker ontdekt. De rouw kreeg hierdoor een nogal complexe vorm.   Tja, je begrijpt dat ik mij daarom de afgelopen dagen heb afgevraagd of ik binnen deze complexe rouw nog meer moet opruimen om los te komen van de door Beerlandt vertaalde innerlijke boosheid en opstand. 

 

Een andere interessant inzicht in Beerlandt’s boek is dat de ellebogen een elektrische alertheid vertegenwoordigen. Zij omschrijft dat dit als een ontvangen van nieuwe indrukken, een openstaan voor innerlijke wijsheid en een klaarstaan om nieuwe hogere energieën toe te staan … in ontspannenheid ontvangen … durven in vrijheid op verkenning te gaan en openstaan voor elk nieuw levensavontuur …

 

Bij het lezen van deze tekst raakte in ontroerd want hoewel ik transformatie bij mens en organisatie blijf begeleiden en mensen blijf leren om te gaan met verlies en rouw, rond ik eind april een opleiding tot rouwvrouw af.  Als rouwvrouw heb ik geleerd hoe ik stervenden kan begeleiden. Ik heb geleerd op een ander energieniveau stervenden te ondersteunen in de overgang naar de dood. Hetgeen ik in de afgelopen maanden geleerd heb, deed ik in de jaren hiervoor onbewust. In de laatste uren van hun leven heb ik een aantal geliefden energetisch mogen bijstaan in het sterven. Ik vond dit bijzonder mooie en intieme momenten. De rust waarmee mensen konden sterven door mijn aanwezigheid heeft mij het inzicht gegeven dat de dood een essentieel onderdeel van het leven is. En dat ik daar ook mijn energie voor mag inzetten.   

 

De dood van Eduard, mijn vader, Maarten, Henk, Menno, mijn moeder en een-ieder-ander die mij zo ontzettend lief is, heeft mij ervan bewust gemaakt dat ik het leven heb. En dat ik het leven volledig moet leven zodat ik, als het mijn tijd is, de dood kan aanvaarden en in rust kan sterven.

 

En tot die tijd moet ik leren om niet-alles te willen ontwijken zodat ik ruimte kan nemen om los te komen van de innerlijke boosheid.  Een prachtig antwoord op mijn reflecterend zelfonderzoek. Transformatie is een continue en meanderende beweging van accepteren, helen en omarmen. Het vraagt een bewuste staat van alertheid, ruimte en de nodige lef. Net zoals rouw dat van ons vraagt en dus ook als je aan het fietsen bent.     

 
 
Scroll to Top